Beschermde status voor graven KNIL-veteranen

9 June 2023, 20:58 uur
Lokaal
mainImage
Gemeente Ridderkerk

De vijftig graven van Molukse KNIL-veteranen en hun partners op de Ridderkerkse begraafplaatsen Vredehof en Rusthof krijgen een beschermde status. Dat heeft de gemeenteraad op voorstel van het college unaniem besloten.

Hiermee geeft de gemeente gehoor aan een oproep van de christelijke Molukse geloofsgemeenschap en de islamitische Molukse geloofsgemeenschap in Ridderkerk. De beschermde status houdt in dat de graven voor onbepaalde tijd in stand blijven. De gemeente neemt het onderhoud voor haar rekening.

“De KNIL-militairen speelden een belangrijke rol in de geschiedenis van Nederland. Daarom dienen ze herinnerd en geëerd te worden voor hun inzet en offers. Het beschermen van hun graven op onze begraafplaats is daar onderdeel van. Het is belangrijk dat hun verhaal wordt verteld en hun nalatenschap wordt erkend’’, aldus wethouder Peter Meij.

Het beschermen van de KNIL-graven is een van de actiepunten uit het collegeprogramma ‘Hart voor een toekomstbestendig Ridderkerk’. Naast het beschermen van de graven wordt in samenspraak met de Molukse gemeenschap ook nog gewerkt aan de oprichting van een Moluks monument in Ridderkerk. Verder werkt het college aan een voorstel om ook de graven van andere veteranen een beschermde status te geven. Het plan daarvoor wordt in het najaar aan de raad aangeboden.

Achtergrond
Het KNIL (Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger) was het Nederlandse leger in Nederlands-Indië. De Molukse KNIL-soldaten die na het uitroepen van de onafhankelijkheid en opheffing van het leger niet wilden overstappen naar het Indonesische leger of niet konden of wilden terugkeren naar de Indonesische samenleving, mochten echter niet terugkeren naar de Zuid-Molukken, vanwege het uitroepen van de Vrije Republiek der Zuid-Molukken (Republik Maluku Selatan, RMS). Zij werden daarom door de Nederlandse regering met hun gezinnen – 12.500 personen in totaal - naar Nederland gebracht. De eersten arriveerden op 21 maart 1951 in Rotterdam.

Geleidelijk drong het besef door dat er nooit meer sprake zou zijn van terugkeer. Na hun loyaliteit aan Nederland voelden de Molukkers zich hier in de steek gelaten. Het duurde lang voordat de Molukse gemeenschap kon accepteren dat de toekomst in Nederland lag. Vanaf eind jaren vijftig begin jaren zestig werden steeds meer Molukkers vanuit hun woonoorden in Molukse wijken verspreid over het land gehuisvest, onder meer in Ridderkerk.