door Geert van Someren
De wachttijd voor inwoners die maatschappelijke hulp nodig hebben, is dit jaar in Ridderkerk gedaald van vijftien naar zes weken. Het aanzienlijk terugbrengen van de tijd die zit tussen een aanmelding en het moment dat die wordt behandeld, is te danken aan een efficiëntere werkwijze en de inhuur van extra capaciteit.
Dat blijkt uit een informatiebrief die het college van B&W naar de gemeenteraad heeft gestuurd. Hulp aan inwoners via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) gaat onder andere over vervoer, huishoudelijke hulp, dagbesteding en tafeltje dek je, maar ook over het verstrekken van een rolstoel of aanpassingen van de woning zoals een traplift of toilet. Daar kan een eigen bijdrage voor worden gevraagd.
Uitdagingen
“In de afgelopen jaren hebben wij te maken gehad met uitdagingen in het meldingsproces voor de Wmo, waaronder personele mobiliteit, langdurig ziekteverzuim en openstaande vacatures”, aldus het college. Waarschijnlijk heeft dat ook te maken met de ontvlechting van de BAR-organisatie, die veel extra inspanning heeft gevraagd. Het college: “Ondanks deze omstandigheden zijn er in 2024 veel stappen gezet om de wachttijden aan te pakken en binnen de wettelijke termijnen te brengen”.
Geen extra geld
“Om deze positieve ontwikkeling van het verder terugdringen van de wachttijden duurzaam te kunnen borgen in 2025 (en verder), is het noodzakelijk om ook volgend jaar een beroep te kunnen doen op extra inhuur”, schrijft het college. “Deze inhuur kan gedekt worden binnen beschikbare programmamiddelen”. Anders gezegd: daar heeft het college geen extra geld voor nodig.