door Geert van Someren
De gemeente Ridderkerk neemt organisatorisch gezien een bijzondere positie in wat betreft de ambulancezorg. In de uitvoering maakt de gemeente deel uit van Ambulance Rotterdam-Rijnmond. De zorgverzekeraars die gezamenlijk de kosten betalen van de ambulances, scharen Ridderkerk onder de regio Zuid-Holland Zuid.
“De financiering loopt niet gelijk met onze regio-indeling”, zegt directeur Arie Wijten van Ambulance Rotterdam-Rijnmond tijdens een bijeenkomst van de Ridderkerkse raadscommissie Samen Leven. “We rijden de helft van de ritten in Ridderkerk, maar krijgen twintig procent betaald. Dat is scheef. Maar daar merkt de burger niets van. We zijn zodanig financieel gezond dat we dat kunnen trekken”.
Niet compleet
Voor hulpverlening in Ridderkerk is een ambulance in bijvoorbeeld Hendrik Ido Ambacht soms dichterbij dan een wagen in Rotterdam of Barendrecht. Die snelt dan te hulp. Dat leidt er toe dat de cijfermatige resultaten van de ritten incompleet zijn. Zowel wat betreft het aantal ritten naar Ridderkerk als wat betreft de gemiddelde aanrijdtijden. Wijten: We gaan proberen dat in 2026 voor elkaar te krijgen”. Ook wil hij een eerlijke verdeling van de kosten, door de regio-indeling van de twee organisaties gelijk te laten lopen.
Vijftien minuten
Bij de norm dat 95% van de spoedhulp binnen vijftien minuten ter plaatse moet zijn, plaatst Wijten kanttekeningen. “Dat is in buitengebied moeilijk te halen. In de stad zijn er meer ritten, daardoor zijn de ambulances vaker in de buurt. Die vijftien minuten is geen medische indicatie. Het werk moet je niet daar alleen op afrekenen. Het is een indicator die samen met een aantal andere zaken de kwaliteit bepalen”. Hij wijst op de vorig jaar extra ingestelde prioriteit A0 (Anul), die wordt gehanteerd bij een levensbedreigende situatie zoals een hartstilstand of hersenbloeding. “Vijftien minuten is dan te laat. Die ambulances moeten er binnen de zes minuten zijn. Daar wordt ook direct de hulp bij ingeroepen van de politie of de brandweer”.
Maar 1 probleem
“We hebben eigenlijk maar één probleem: personeelsgebrek”, aldus Wijten. “Dat is overal zo. Het is bepalend voor de manier waarop we ons werk kunnen doen. Ook is het ziekteverzuim met 8 – 9 procent heel hoog. Dat is in de hele zorg zo. Je ziet een verschuiving van fysieke naar psychische klachten. De rugzak van onze medewerkers wordt in de loop van jaren wel gevuld”. Burgemeester Marco Oosterwijk laat zich in de bijeenkomst zeer lovend uit over de ambulancezorg, waar hij recent een keer mocht meerijden. “Wat mij opvalt is de gedrevenheid en de zachtheid. Op een indrukwekkende manier. De mensen op de ambulance staan echt op een fantastische manier degenen bij aan wie ze hulp verlenen”.