door Geert van Someren

De provincie Zuid-Holland is positief over de financiën van Ridderkerk. Dat blijkt uit een brief die de provincie als toezichthouder op de gemeentelijke financien heeft gestuurd aan de gemeenteraad van Ridderkerk. Net als voorgaande jaren hanteert Zuid-Holland voor Ridderkerk de kleur groen. “Uw begroting is structureel sluitend, uw financiële positie goed en uw weerstandsratio is uitstekend”, staat in de brief.

Wel maakt de provincie zich zorgen over de financiële positie van Ridderkerk op de langere termijn, omdat de meerjarenraming niet structureel in evenwicht is. Dat heeft overigens niets te maken met het in de gemeente gevoerde beleid. De oorzaak ligt bij de rijksoverheid, die de algemene uitkering aan de gemeenten in Nederland vanaf 2026 verlaagt.

Risicovol

“Zolang uw meerjarenraming niet sluitend is, moet u volgens de Gemeentewet bij iedere toekomstige begroting zorgen voor structureel en reëel evenwicht in het begrotingsjaar. Dit is risicovol, omdat het niet altijd mogelijk is om structureel begrotingsevenwicht op korte termijn te bewerkstelligen”, schrijft de provincie in de brief. “Wij hebben er begrip voor dat u, zolang het Rijk geen duidelijkheid geeft over mogelijke compensatie ervan, de tekorten in uw meerjarenraming laat zien”.

Maatregelen

Wanneer er geen volledige compensatie komt van de rijksoverheid voor de daling van de uitkering, vraagt de provincie om in 2024 bij het opstellen van de begroting voor 2025 na te denken over concrete maatregelen om het structurele evenwicht in de financiën te herstellen. Dat kan door op de gemeentelijke uitgaven te bezuinigen en/of de inkomsten te verhogen met een stijging van de lokale belastingen en lasten. Op de meerjarenbegroting van Ridderkerk staat volgens de provincie een min genoteerd van 2,07 miljoen euro voor 2026. Dat verlies loopt op naar 2,25 miljoen in 2027.

Geen noodzaak

Tijdens de begrotingsraad begin november heeft financieel wethouder Kees van der Duijn Schouten gezegd “voor nu” geen noodzaak te zien voor bezuinigingen. “De taakstelling qua begroting die we uitsluitend voor 2026 op ons af zien komen, is te overzien. Inmiddels is het financiële beeld voor 2024 en ‘25 redelijk riant en ik zie dat u daar in de moties ook ruimschoots gebruik van heeft gemaakt. En lijkt de taakstelling die we uitsluitend voor de begroting van 2026 nog op ons af zien komen, te overzien. Mocht dat beeld de komende jaren wijzigen, dan komen we daarvoor uiteraard naar de gemeenteraad”.