Afgelopen week werd in de nacht van woensdag op donderdag een man gestoken met een hakmes, omdat hij drie jongens - tussen de 16 en 18 jaar oud - aan de Meester Kesperweg aansprak die aan het rommelen waren en vernielingen aanrichtten aan auto’s.
Het slachtoffer werd daarna bedreigd maar wist zich, gelukkig, in veiligheid te stellen. Na zo’n incident is het wachten op de politieke reacties, die dan ook kwamen. Vrijdagavond zag ik een tweet van Partij 18Plus voorbij komen. Hierin stond onder andere vermeld: "In Ridderkerk is sinds een jaar een messenverbod ingevoerd, sinds 1 oktober 2020 is er gestart met preventief fouilleren. De zes maanden dat dit werd toegepast bleek het een effectief middel te zijn."
Echter, burgemeester Attema heeft besloten dit middel niet meer in te zetten. Dan volgt nog een stukje over voornemens om bij de eerst volgende raadsvergadering vragen te gaan stellen over het zoveelste misdrijf met wapens, maar de eerstvolgende raadsvergadering is over een kleine zes weken.
Om die reden doet Partij18Plus, via Twitter, een oproep aan burgemeester Attema om wederom veiligheidsrisicogebieden aan te wijzen en over te gaan op preventief fouilleren om nieuwe incidenten hopelijk te voorkomen.
Laat ik deze tweet eens ontleden. Ik mag toch aannemen dat burgemeester Attema in het college, waar Partij18Plus deel van uitmaakt, het niet meer inzetten van dit middel heeft besproken en hierover de raad door middel van een raadsinformatiebrief op de hoogte heeft gesteld.
Waarom heeft Partij18Plus toen geen artikel 40 vragen hierover gesteld? Kennelijk kon de fractie van deze partij zich hierin vinden.
Het opnieuw invoeren van veiligheidsrisicogebieden lijkt mij prima, maar zou het niet beter zijn om alle wijken in Ridderkerk als risicogebied aan te wijzen in plaats van alleen bij scholen en winkelcentra? Het messenverbod geldt namelijk voor geheel Ridderkerk en niet een deel hiervan.
Het preventief fouilleren zou dan ook naar 24 uur per dag moeten, want de messenincidenten gebeuren niet alleen tussen 10 en 16 uur, zoals het incident aan de Meester Kesperweg bewijst.
Daarnaast blijft de vraag waarom Partij 18Plus burgemeester Attema per tweet aanspreekt. Zover mij bekend doet onze burgemeester niet aan social media en zal zij dit ook niet lezen. Tevens is dit ook niet de normale politieke weg om je onvrede hierover uit te spreken. Je mag na vier jaar in de raad zitten toch verwachten dat een partij weet hoe de paarden lopen en wat de fatsoensnormen zijn.
Waarom stelt Partij18plus geen artikel 40 vragen hierover?
Met een beetje slecht wil kan ik deze (inmiddels verwijderde) tweet ook lezen als een motie van wantrouwen richting burgemeester Attema. Ik ben dan ook heel benieuwd hoe de andere Ridderkerkse politieke partijen hierin staan.
Kopschoppers
In de nacht van 13 op 14 juli jl. werd de 27-jarige Carlo Heuvelman op Mallorca de dood ingeschopt door een groepje van dertien Nederlanders die eerder vanwege het veroorzaken van problemen al een café waren uitgezet.
Deze “helden” vluchten anderdaags snel terug naar Nederland, uit angst om in Spanje opgepakt en vervolgd te worden. De straffen in Spanje voor dit soort geweldmisdaden liggen namelijk veel hoger dan in Nederland. In Spanje kan je hiervoor een jaar of vijftien de bak in draaien, waar in Nederland de strafeis hooguit 30 uur schoffelen zal zijn.
De gebeurtenis blijft nog altijd vragen oproepen. Hoe kregen deze figuren het voor elkaar om met dertien man een terugvlucht om te zetten, vanwege hun 'angst voor corona', wat natuurlijk feitelijk angst voor een lange celstraf is geweest.
Waarom lopen deze gasten in Nederland nog gewoon op straat rond? Waarom heeft het Openbaar Ministerie nog geen opdracht gegeven om deze gasten op te pakken? De namen zijn heel simpel te achterhalen, even de passagierslijst van de vliegmaatschappij opvragen en je weet alles.
Of wordt dit een Gooische Doofpot, Openbaar Ministerie, nu de Spaanse onderzoeksrechter de zaak aan Nederland heeft overgedragen? Na aandringen van enkele Nederlandse advocaten om de zaak in Nederland af te handelen. De ontvangen stukken worden nu, in opdracht, van het parket Midden Nederland vertaald. Deze zaak stinkt aan alle kanten, de verdachten schijnen uit een goed milieu te komen.
Omdat de verdachten nog op vrije voeten zijn, kunnen zij met hun advocaten hun verdediging op elkaar afstemmen. Dit had het Openbaar Ministerie moeten voorkomen, mede hierdoor wordt er gespeculeerd over namen en mogelijke familieleden binnen het Openbaar Ministerie.
Kennelijk is onze minister van Justitie en Veiligheid, Ferdinand Grapperhaus, aan het kamperen op een onbewoond eiland en is hij onbereikbaar.
Indien het Openbaar Ministerie nog serieus genomen wenst te worden, dan haalt het de kopschoppers per direct van straat.
Gebeurt dit niet, dan is er sprake van klassenjustitie en een Gooische doofpot.