door Geert van Someren
Het onttrekken van vocht uit de muren van de Singelkerk in hartje Ridderkerk is een zeer langdurig proces. Dit loopt al veertien jaar. Dat blijkt uit antwoorden die het college van B&W heeft gegeven op schriftelijke vragen van het raadslid Robert Kooijman (ChristenUnie). De gemeente is als eigenaar verantwoordelijk voor het restauratieproces van de toren, die uit 1643 stamt. De Singelkerk zelf is overigens nog iets ouder, uit de vijftiende eeuw.
“In 2008 is een Electro-osmose installatie geïnstalleerd om het vocht uit de metselwerk constructie te verdrijven”, merkt het college op. “Dit betreft een zeer delicaat en langdurig proces dat nog steeds gaande is. Voor de uiteindelijke restauratie moeten weloverwogen keuzes worden gemaakt. Zo mag het terug te brengen stucwerk het vocht uittredingsproces niet verstoren”.
Herstelopties
Vier jaar geleden is het stucwerk verwijderd. Voor het herstel is een voor de hand liggende optie het gebruik van ademend materiaal, zoals leemstuc. Dat materiaal is volgens het college van B&W echter zeer kwetsbaar. Omdat de trap van de toren wordt gebruikt, is dat onverstandig. Vorig maand heeft de gemeente overlegd met de restauratiearchitect over verscheidene opties voor het herstel. Mogelijk niet toevallig, nadat in april Kooijman zijn vragen stelde.
Overleg
Een van de vragen van het raadslid was of het college van B&W het met hem eens is “dat de voortgang van dit project en de communicatie richting het bestuur van de Singelkerk niet de schoonheidsprijs verdient”. Het college antwoordt daarop dat vanuit de gemeente met regelmaat wordt gesproken met de kerkrentmeester en de koster. “Op 11 mei jongstleden heeft een overleg plaatsgevonden met het bestuur van de Singelkerk. Dit overleg zal structureel worden ingepland”, belooft het college in het antwoord.