Sinds oktober 2024 zijn er nieuwe regels ingevoerd om spelers beter te beschermen. En eerlijk is eerlijk, dat begint zijn vruchten af te werpen. Spelers verliezen gemiddeld minder geld, en vooral de extreme uitschieters zijn flink teruggedrongen.

Uit de nieuwste rapportage van de Kansspelautoriteit blijkt dat het aandeel accounts dat meer dan duizend euro per maand verloor, is gedaald van 4% naar 1,2%. Dat is geen klein verschil.

Ook het algemene verlies per speler is afgenomen. In de tweede helft van 2024 verloren spelers van 24 jaar en ouder gemiddeld €148 per maand. Dat was eerder nog €160.

Hoe dit precies komt, is niet volledig duidelijk.

Het kan bijvoorbeeld zijn dat spelers wegstappen van de beperkende Nederlandse platforms waar er amper promoties worden aangeboden en het uitkeringspercentage lager ligt, en dat ze meer kiezen voor buitenlandse crypto casino's met de hoogste bonussen. Puur op het vlak van bonussen kunnen ze daar dus meer winst maken, en logischerwijze minder verliezen.

Tegelijkertijd is het aantal accounts wel licht gestegen. Er wordt dus met iets meer accounts gespeeld, maar het verlies per speler ligt lager. Dat wijst erop dat de regels echt effect hebben.

Vooral de stortingslimieten lijken goed te werken. Spelers worden eerder tegen zichzelf beschermd en dat merk je aan het gedrag. Minder pieken, meer grip. Aanbieders zien hierdoor ook minder inkomsten uit grote verliezen.

Voor oktober 2024 kwam 73% van het brutospelresultaat uit spelers die meer dan duizend euro per maand verloren. Inmiddels is dat nog maar 23%. Dat geeft aan dat het speelveld eerlijker is geworden.

Het brutospelresultaat is een belangrijk cijfer om in gedachten te houden, want aanbieders van online gokdiensten betalen hierover kansspelbelasting.

Er zijn momenteel naar schatting 788.000 actieve spelers bij legale aanbieders. Dat is ongeveer 5,4% van de volwassen bevolking, een cijfer dat nauwelijks veranderd is ten opzichte van een halfjaar eerder.

De toename in nieuwe accounts is waarschijnlijk deels te danken aan de invoering van de nieuwe regels. Mensen lijken zich veiliger te voelen om te gaan spelen.

Jongvolwassenen tussen de 18 en 23 jaar vallen iets op in de cijfers. Ze maken 9% van de volwassen bevolking uit, maar zijn goed voor 11% van het brutospelresultaat.

Toch geven ze gemiddeld minder uit dan oudere spelers, met een verlies van €48 per maand. Ze zetten relatief meer geld in op sportweddenschappen dan de rest van de spelers, wat misschien iets zegt over hun voorkeur.

Wat betreft de kanalisatie is het beeld helder: 91% van de spelers kiest voor een legale aanbieder. Dat laat zien dat het vertrouwen in gereguleerde platforms groot is.

Spelers blijven binnen het legale aanbod, en dat is precies waar de regelgeving op stuurt. Belangenverenigingen zijn dan ook voorzichtig positief over de rapportage.

Als je als speler weet dat je veilig en gecontroleerd kunt spelen, is de drempel om af te dwalen naar minder betrouwbare partijen een stuk hoger.

Opvallend is ook het aantal mensen dat zich vrijwillig uitsluit via Cruks. Begin 2025 stonden er 87.345 mensen geregistreerd, waarvan de helft jonger dan 32. Dat laat zien dat bewust omgaan met risicovol gedrag steeds meer vanzelfsprekend wordt.

Niet uit dwang, maar uit inzicht. De regels geven spelers handvatten, maar uiteindelijk maken ze zelf die keuze. Dat die drempel lager is geworden, zegt genoeg over de verandering die gaande is.

Wat je ook merkt: de toon in de sector is aan het verschuiven. Aanbieders nemen hun verantwoordelijkheid serieuzer, omdat ze echt geen keuze meer hebben

Een stabiele speler die zich gehoord voelt, blijft natuurlijk ook langer actief.

En als je dat combineert met minder schadelijk gedrag, dan win je aan beide kanten. Wat ooit als verplichting werd gezien, begint nu gewoon als normaal te voelen. Dat maakt het verschil.