Ga je mee op berenjacht?

2 April 2020, 10:27 uur
Columns
mainImage

De laptop aan, de oortjes in. Ik zit er klaar voor: de eerste les op afstand kan beginnen. Langzaam druppelen de eerste studenten binnen in de online omgeving. Na wat gelach en gekkigheid om deze nieuwe manier van lesgeven begint er een gesprek. Mijn studenten lopen stage in een verpleeghuis. Veel van hen zijn echt jong, nog geen 18 jaar. Ze zijn bang om besmet te raken. Niet iedereen mag op stage van hun ouders. Ik snap dat goed, het is moeilijk om je kind in deze situatie los te laten. De studenten die wel op stage gaan zeggen: “mevrouw, we kunnen die mensen toch niet alleen laten”. Ik ben zo trots op deze meiden! We praten over hygiëne, over beschermingsmiddelen die er niet zijn, over de onrust die er is onder het personeel en over het verdriet van mantelzorgers die hun geliefden niet mogen zien. Ik probeer – zo goed als het gaat- de beren op de weg op te ruimen. Maar helaas kan ik niet alle zorgen wegnemen. Een aantal beren zijn levensecht en gaan voorlopig niet weg. Moeilijk is dat!

We zijn nu ruim twee weken verder. En het gaat: les op afstand geven. Maar het gaat echt niet makkelijk voor alle doelgroepen. Mijn studenten hebben het zwaar. Het lukt maar moeizaam om een ritme te pakken te krijgen. Daar waar je als docent op een lesdag continu de student prikkelt om aan de slag te gaan is er nu alleen afstandscontact: ‘mevrouw, wanneer u weg bent denk ik niet meer aan school’.

Ik hoor van collega’s signalen dat niet elke student een laptop heeft, er zijn studenten zonder werkende wifiverbinding in huis. Sommige studenten wonen in een druk gezin met weinig privacy. Er ontstaat ruzie en soms zijn er onveilige situaties. Studenten met kinderen – maar zonder stevig netwerk- zijn moe en eenzaam. Andere studenten duiken onder, gaan extra werken terwijl ze eigenlijk les hebben. Contact krijgen gaat niet altijd makkelijk. Soms is er schaamte, soms weten studenten niet hoe ze om hulp moeten vragen. Ik weet zeker dat ook in Ridderkerk deze situaties spelen.

En daar verschijnen voor mij de beren: het kan zo maar zo zijn dat deze kwetsbare jongeren meer de dupe gaan worden van deze hele situatie, dan de jongeren uit welvarende en stabiele situaties. Gelukkig zie ik dat veel scholen hier aandacht voor hebben. Ook in Ridderkerk werkt men met man en macht om deze groep binnen boord te houden. Appjes, telefoontjes, online sessies. Allemaal om te laten merken dat leerlingen gezien worden. Laptops worden verstrekt en waar nodig zorgt men voor een werkende internetverbinding. Kwetsbare leerlingen worden extra in de gaten gehouden. Wanneer scholen hulp nodig hebben kunnen ze bij de gemeente terecht. Wat ik terug krijg is dat er goed contact is. Fijn!

De beren op de weg verdwijnen voorlopig niet. Het blijft een spannende tijd. Gelukkig zijn er deze dagen niet alleen gevaarlijke beren op de weg. Ik zie kinderen in hun wijk speuren naar beren voor het raam. Lekker even buiten zijn en pret hebben. Echt een leuk initiatief! Ik wil jou vragen om ook op berenjacht te gaan. Natuurlijk niet samen met een groep kinderen. We houden ons aan de afspraken. Maar als metafoor. Speur die jongere op die wel wat hulp kan gebruiken. Spreek hem of haar moed in, vraag of je kan ondersteunen met plannen en huiswerk maken. Dat kan prima via WhatsApp of beeldbellen. Het kan zoveel verschil maken. Voor nu én voor de toekomst.