De Nieuwe Weg

7 February 2020, 10:51 uur
Columns
mainImage

Ik heb begrepen dat de rijksweg van Rotterdam naar Dordrecht vlak voor de oorlog is aangelegd. Ik ben van 1942 dus dat heb ik niet meegemaakt. En toch hadden wij het in mijn jeugd altijd over de Nieuwe Weg als we de Rijksweg bedoelden.

Ik heb een poosje op een toneelvereniging gezeten en toen wij een stuk aan het instuderen waren moest de hoofdpersoon op een gegeven moment zeggen: ‘kinderen, jullie staan aan het begin van een nieuwe weg’, waarop hij zei: ‘kinderen, jullie staan aan het begin van de Rijksweg.’ Dikke pret natuurlijk.

Ook de busmaatschappij waarvan het gebouw nog aan het einde van de Kerkweg staat noemden wij de Garage of de Ragom. En hoe hij later ook is gaan heten Twee Provinciën of West Nederland, het is bij ons thuis altijd de Ragom gebleven.

Aan de Molendijk was het café restaurant St. Joris of Het Wapen van Ridderkerk. Dat zeiden wij nooit, wij zeiden altijd Punt omdat de uitbater zo heette.

Datzelfde was het geval; met café Het Witte Huis aan het einde van de Kerkweg tegen de Nieuwe Weg aan. Daar zeiden wij altijd Matti tegen weer omdat de eigenaar die naam had.

En de Hermitage of Het Wapen van Rijsoord noemden wij altijd Freling, ook vanwege de eigenaar.

Op dorp was een levensmiddelenwinkel annex snoepwinkel die wij Heiltje noemden. De man achter de toon bank heette Henk IJsselstein en zijn moeder Heiltje maar ik heb jarenlang gedacht dat die man zelf Heiltje heette omdat iedereen dan zei.

Dan hadden we aan de Kerkweg nog het winkeltje van Rinussie, die sigaretten enzo verkocht. Rinussie wie? Later heb ik pas gehoord dat dat Verseveld moest zijn.

Weer op dorp was de sigaretten- en sigarenhandel van Cor Bos, zoals iedereen zei maar de man die daar achter de toonbank stond heette niet zo. Hoe wel weet ik niet maar dat hoor ik waarschijnlijk binnenkort wel van iemand.

Wij zeiden ook nooit Rubberfabriek Bakker maar altijd Bakker. Je had de harde (staal) en de zachte Bakker (rubber) opgericht door twee broers.

Op Slikkerveer had je Electro die eigenlijk gewoon Smit Slikkerveer heette en het meertje aan de Ringdijk vlak voor de ruïne heette De Pit van Van Gent. Geen put, nee, pit. Er was een drukkerij naast gelegen van van Gent, vandaar die naam. Even voorbij Electro zat De Klinknagel die eigenlijk voluit Fabriek van Schroefbouten en Klinknagels v/h Joh. Smit heette

Weer op dorp had je De Bijenkorf een winkel waar van alles te koop was en aan de beneden Rijweg zat een slijter die, heel toepasselijk, Advocaat heette.

Er was ook een groenteboer die Peer den Hoed heette, ik denk dat dat geen bijnaam was maar zijn echte naam en als je je haar wilde laten knippen ging je naar Nieuwstraten.

Tegenover mijn woonhuis was de levensmiddelenwinkel van GEDO wat Gerrit den Otter betekende, maar wij zeiden altijd de GEDO.

Op Rijsoord had je café de Bellevue maar dat was voor de Kraaien veel te lastig en dus zeiden ze vrouw Hagendijk, tenminste in de tijd dat ik jongste bediende was bij de Vlasserij Corns. van Nes en daar bijna dagelijks een halfje Hulstkamp moest halen voor de mannen op het kantoor.

De drogist Flach, die aan de Ringdijk zat tegenover het pand waar nu Henk van Os zit werd door mijn vader altijd de Droppeman genoemd en tegen het einde van de Kerkweg was het levensmiddelenwinkeltje van Teuna van wie ik ook weer pas later hoorde dat ze Van Noordenne met haar achternaam heette.

Een van mijn zusters had in haar jeugd een vlekje op haar long, ik denk dat het een milde vorm van tbc was maar iedereen zei: een vlekje op de long. Om daar vanaf te komen moest

ze kuren, dwz. een paar maanden in de voorkamer op bed liggen en naar iedereen zwaaien die langs reed en toeterde of belde. Dat laatste moest natuurlijk niet maar dat deed ze.

Omdat wij als gezinsleden ook onder strenge controle bleven moesten wij om de paar maanden naar de Baan, zoals wij zeiden, in Rotterdam. Dat was een kliniek, in de buurt van het tegenwoordige Oogziekenhuis waar ter controle röntgenfoto’s van ons gemaakt werden. (even inademen, adem vasthouden, ademt u maar weer door). Later ontdekte ik dat niet die kliniek maar de straat waarin hij gelegen was Baan heette..

Zo zie je maar dat als je eenmaal een bepaalde naam hebt, kom je daar nooit meer vanaf.