Tijdens de Ridderkerkse Veteranendag op zaterdag 21 juni laten we onze waardering zien voor onze veteranen. In aanloop naar deze dag doen twee veteranen hun verhaal. Wat betekent hun diensttijd voor hen? In deze editie spreken we Jan Achterberg.
Achttien jaar was Jan, toen hij uitgezonden werd naar Bosnië en Herzegovina op vredesmissie. Onder commando van de Verenigde Naties was hij onderdeel van Dutchbat. Dat was een Nederlands infanteriebataljon - een eenheid te voet strijdende soldaten. De gebeurtenissen daar maakten grote indruk op Jan en spookten nog lange tijd door zijn hoofd: “Ik heb er een schuldgevoel aan over gehouden.”
Spanningen
Toen Jan 17,5 jaar was, werd hij opgeroepen voor dienstplicht. Erg vond hij het niet, het leger had hem altijd getrokken. Al snel vertrok hij naar de Nederlandse legerplaats in Seedorf, Duitsland. “Ik hoorde verhalen van militairen die in Nederland maar een beetje rondhingen in de kazerne. Daar had ik geen zin in. In Seedorf oefenden ze veel, ook in het buitenland.”
Jan was daar nog maar twee maanden toen hij werd uitgezonden naar Bosnië. De net achttienjarige Jan en zijn leeftijdsgenoten zagen dit als een groot avontuur. “We kwamen eerst in Split terecht, daar moesten we twee weken wachten op toestemming om Bosnië in te gaan. Het was er twaalf graden onder nul, dat was wel afzien. Zulke winters waren we in Nederland niet gewend.”
Na twee weken kon het bataljon doorreizen naar Lukavac. “In de eerste anderhalf uur in Bosnië en Herzegovina werden we met onze neus op de feiten gedrukt. De spanningen waren duidelijk voelbaar.”
Onderweg naar Lukavac werd het bataljon waar Jan Achterberg deel van uitmaakte regelmatig aan de kant gezet door Bosnische militairen. “Ze probeerden ons uit. Op zulke momenten dacht ik: dit is echt de realiteit.”
Tijdens zijn missie van zes maanden maakte Jan deel uit van het transportbataljon. Het doel was om een net opgezet kamp in Lukavac uit te breiden. Op de twee dagen durende reis wordt over en weer geschoten. De spanningen zijn hoog. “Toen we aankwamen in Lukavac, was het er één grote zooi. We sliepen in een oude kolenfabriek. Alles was zwart. ’s Ochtends kon je zien waar je hoofd op je kussen had gelegen.” Het bataljon bouwde ruimtes om te kunnen douchen, eten en slapen en bracht de beveiliging op orde.
Chauffeur
Daarnaast vervoerde het bataljon ook goederen tussen Split en Srebrenica. Het kamp in Lukavac diende namelijk als tussenstation. Jan was chauffeur van het verkenningsvoertuig. “Ik reed vooraan en keek of er geen gekke dingen op de weg waren. De kolonne moest constant vaart houden terwijl er over en weer geschoten werd. De Bosniërs wisten dat die route onze enige mogelijkheid was.”
Zulke transporten waren altijd spannend. “Wij als blauwhelm werden niet aangevallen, maar er was wel bangmakerij. Er werd voor of vlak over ons heen geschoten. Blij waren de Bosniërs natuurlijk niet met ons, we maakten een kamp in hun gebied.”
Na zes maanden zat de missie voor Jan en zijn bataljon erop. “Nazorg? Dat was er niet. Daar heeft de overheid nu wel van geleerd. Ik heb er lang last van gehad. Sinds een jaar of vier is het eindelijk wat rustiger in mijn hoofd.”
Na het afmaken van zijn diensttijd in Seedorf besloot Jan gelijk te stoppen. “Ik ben metselaar geworden, dat werk doe ik met veel plezier.” Ondanks alles heeft Jan veel van zijn diensttijd geleerd. “In die periode heb ik standvastigheid en discipline meegekregen, daar heb ik in het dagelijkse leven veel aan.”
Jan bleef de vredesmissie op de voet volgen. Zeker toen de missie mislukte in Srebrenica, waar in 1995 meer dan achtduizend moslims zijn vermoord. “Ik heb er een schuldgevoel aan over gehouden. We hebben er zo veel aan gedaan om het er zo veilig mogelijk te maken. Ik vond dat er in Nederland te licht over gedacht werd. Door wanbeleid is de missie helemaal fout gelopen.” Elke missie is er een op zich, zo noemt Jan. Maar de missies in Bosnië en Libanon, daar is volgens hem duidelijk geworden hoe het niét moet. “Maar die les weegt niet op tegen al dat leed.”
Kijk op uitagendaridderkerk.nl/veteranendag voor het programma van Veteranendag.
Jan was chauffeur van het verkenningsvoertuig in Bosnië en Herzegovina.
Door: Gemeente Ridderkerk